Meer onderling respect dankzij aftrapbijeenkomsten

De wedstrijd tussen GSC ESDO 2 en KMD 3 werd voorafgegaan door een aftrapbijeenkomst. - Foto: Mark van der Kaaij

Samen een kop koffie drinken als voorbereiding op de wedstrijd. Dat is een van de kernpunten van de aftrapbijeenkomsten die worden gehouden tussen voetbalclubs uit het Westland en Den Haag. Door met elkaar om tafel te zitten ontstaat er meer wederzijds begrip. Als gevolg daarvan is er op het veld meer onderling respect.

De aftrapbijeenkomsten zijn een uitvloeisel van ‘Weer spelen tegen’. Een project dat twee jaar geleden is opgezet om de band tussen verenigingen uit het Westland en Den Haag te versterken. Door incidenten uit het verleden gaven verschillende clubs uit het Westland aan liever niet naar de residentiestad af te reizen. Door middel van interventies moet die drempel weg worden genomen. De aftrapbijeenkomsten zijn daar een succesvol voorbeeld van.

De coaches en aanvoerders leren elkaar persoonlijk kennen. De meerwaarde daarvan is dat aanvoerders tijdens een wedstrijd makkelijker op elkaar afstappen als er iets gebeurt

“We hebben op dit moment een keer of zes, zeven een aftrapbijeenkomst gehouden bij duels waarvan we op voorhand wisten dat het spannend zou worden”, zegt projectcoördinator Frank Neef. “We sturen iemand, Mark van der Kaaij in dit geval, op die duels af. Hij brengt een aantal sleutelfiguren rondom de wedstrijd bij elkaar. Vaak zijn dat de aanvoerders, coaches en de scheidsrechter. Vervolgens gaan ze met elkaar om tafel zitten. Mark stelt de vraag wat er nodig is om er een leuke wedstrijd van te maken. Vervolgens worden daar afspraken over gemaakt.”

Persoonlijke band

Hoe eenvoudig het ook klinkt, de aftrapbijeenkomsten lijken te werken. “Er ontstaat wederzijds begrip tijdens het gesprek”, zegt Van der Kaaij. “Er is koffie en om het ijs te breken zorg ik voor muffins. Daarna stelt iedereen zichzelf voor. Ik laat de deelnemers vertellen over hun voetbalcarrière, maar ook iets over het team waarin ze spelen. De coaches en aanvoerders leren elkaar daardoor persoonlijk kennen. De meerwaarde daarvan is dat aanvoerders tijdens een wedstrijd makkelijker op elkaar afstappen als er iets gebeurt, omdat ze met elkaar om tafel hebben gezeten en elkaars naam kennen. De band is veel vriendschappelijker.”

Het resulteert in sportieve wedstrijden. Dat hebben ook de spelers en begeleiding van GSC ESDO 2 en KMD 3 gemerkt. Zij waren de eerste teams die deelnamen aan een aftrapbijeenkomst. Ondanks dat KMD de wedstrijd met 5-1 won, verliep het op het veld zeer sportief. Terwijl een dergelijk duel in het verleden nog wel eens wilde ontvlammen. “Maar deze keer was er op het veld niets aan de hand”, zegt KMD-trainer Justin Lieffering. “We zijn erg vriendelijk ontvangen door GSC ESDO. De aftrapsessie heeft gezorgd voor wederzijds respect.”

GSC ESDO-aanvoerder Oussama Izri laat zich in soortgelijke bewoordingen uit. “We hebben een leuke wedstrijd gespeeld tegen KMD. Het gesprek dat we enkele dagen voor de wedstrijd met elkaar hebben gehad heeft daar zeker aan bijgedragen. Dat was een goede ervaring waarin je de aanvoerder en de trainer van de tegenstander al leerde kennen. Doordat je weet wie je tegenover je hebt, is er meer respect. In de kleedkamer heb ik mijn teamgenoten vervolgens uitgelegd welke afspraken we hebben gemaakt. Ook zij hadden er alle begrip voor. Natuurlijk was er op het veld nog steeds wel sprake van een onderlinge strijd, maar wel op een goede manier.” 

Preventief

We komen allemaal om een potje te voetballen. Dat is wat ons bindt. Door elkaar een hand te geven, maak je het net iets minder spannend

Ook bij andere verenigingen waar Van der Kaaij op bezoek is geweest waren de reacties positief. “De aftrapbijeenkomsten zijn iets concreets en het is iets preventiefs. Je merkt dat beide partijen het fijn vinden dat er aandacht voor ze is. Van nog geen enkele vereniging hebben we te horen gekregen dat het een slecht idee is om met elkaar om tafel te gaan. De houding is juist heel open. Op basis van de reacties die we krijgen en het verloop van de wedstrijden ben ik erg enthousiast. De mensen met wie ik om tafel heb gezeten zeggen allemaal dat het goed is dat we dit gedaan hebben. Dat we eigenlijk vaker met elkaar om tafel zouden moeten. Het is iets heel simpels, wat eigenlijk vanzelfsprekend zou moeten zijn. Die boodschap probeer ik ook achter te laten bij de clubs: zoek elkaar op.”

Het is een volgende stap die het project ‘Weer spelen tegen’ graag zou willen maken. Het initiatief voor de bijeenkomsten moet bij de clubs komen te liggen. “Om er telkens iemand op af te sturen is niet alleen intensief, maar ook duur”, zegt Neef. “Over de exacte invulling zijn we nog niet uit, maar waarom zouden clubs dit niet zelf kunnen organiseren? Even met elkaar afspraken maken wat er gedaan wordt als er iets gebeurt. Als je daar de tijd voor neemt, creëer je een situatie waarop je kan terugvallen. Uiteindelijk komen we allemaal om een potje te voetballen. Dat is wat ons bindt. Door elkaar een hand te geven, maak je het net iets minder spannend.”