Er is iets mis gegaan.

Het lukt niet om de pagina die je zocht op KNVB.nl te laden.

Op dit moment is de website in onderhoudsmodus. Probeer het later nog eens.

Gebruik je een adblocker? Probeer deze uit te zetten en laad de pagina opnieuw.

Twee jaar JPN Jongens Future: waar staan we nu?

KNVB Media
KNVB Media
11 juli 2024, 16:15

Het JPN Jongens Future-traject draait nu zo'n twee jaar. Wat heeft dat tot nu toe opgeleverd? - Foto: KNVB Media

Het Jeugdplan Nederland (JPN), dat zowel voor jongens als meiden wordt aangeboden, is een podium voor talentvolle voetballers van amateurverenigingen. Bij JPN-trainingen- en wedstrijden kunnen zij zich laten zien en zich mogelijk doorontwikkelen naar een hoger speelniveau. Twee jaar geleden besloot de KNVB om de focus voor de jongens volledig te leggen op de zogeheten Future-spelers: talentvolle spelers die door een groeiachterstand of het geboortemaandeffect minder opvallen dan oudere, sterkere, of snellere spelers. We blikken terug op de eerste twee jaar van dit nieuwe JPN Jongens Future-traject.

De keuze voor Future-spelers maakte de KNVB op basis van een aantal ontwikkelingen in het jeugdvoetbal. Peter Jeltema uit, Hoofd Talentontwikkeling bij de KNVB, legt uit: “We zagen dat veel topamateurspelers in hun eigen competities al tegen BVO-teams speelden. Zij kwamen hierdoor al sneller op de radar voor een eventuele vervolgstap. Ook merkten we dat spelers en ouders steeds proactiever zelf clubs gingen benaderen. Daarnaast zijn BVO’s steeds beter geworden in het in beeld brengen van talentvolle spelers. Hun scouting is steeds meer geprofessionaliseerd, het aantal talentendagen en stageactiviteiten is enorm toegenomen en BVO’s weten steeds beter aansluiting bij hun regio te vinden. Door al deze ontwikkelingen was de kans groot dat de spelers in de JPN Jongens-opzet van voorheen, ook zonder het JPN de mogelijkheid zouden krijgen om zich op een hoger niveau te laten zien.”

Zodoende verlegde de KNVB de focus naar de spelers die (net zo)veel potentie hebben, maar nog niet volledig tot bloei komen en daardoor vaak niet meteen in het oog springen. Voetballend, fysiek of mentaal zijn zij nog niet zo ver als hun teamgenootjes, maar dat kan komen doordat ze pas minder lang op voetbal zitten, laatrijp zijn of te maken hebben met het geboortemaandeffect. Dit houdt in dat een speler die geboren is in laatste helft van het kalenderjaar (bijvoorbeeld oktober, november of december) door de teamindeling in jaargangen minder kans heeft om geselecteerd te worden dan een teamgenootje dat geboren is in de eerste helft (bijvoorbeeld januari), ook al is er geen verschil in talent. “Tot twee jaar geleden kregen deze spelers niet de mogelijkheid om zich zo goed mogelijk te ontwikkelen, ondanks hun potentie”, aldus Jeltema. “Met JPN Jongens Future zijn we ons uitsluitend op hen gaan richten.”

— De verdeling van geboortekwartaal in selectieteams van grote amateurverenigingen.

— De verdeling van geboortekwartaal binnen JPN Jongens Future. Hier is het effect omgekeerd. Dit laat zien dat we een doelgroep een kans geven die normaliter minder kansen krijgt.

Meetprotocol

Tom Bergkamp is onderzoeker bij de KNVB. Hij houdt zich bezig met onder andere talentherkenning- en ontwikkeling en dus ook met JPN Jongens Future. “Omdat fysieke laatrijpheid nu een peiler is van het JPN Jongens Future-traject, zijn we het aan de spelers en aan onszelf verplicht om dit zo goed mogelijk in te schatten. Daarom zijn we in de afgelopen twee jaar veel bezig geweest met de fysieke eigenschappen van de spelers die instroomden. We hebben van hen allemaal hun staande lengte, zittende lengte en gewicht opgemeten, zodat we hun biologische leeftijd konden berekenen. We hebben het dan over 800 spelers die allemaal twee tot vier keer zijn gemeten, dus in totaal zijn er meer 2000 meetmomenten geweest."

Ook voorheen werden de JPN-spelers goed gemeten en gewogen, maar in de verschillende regio’s en door verschillende fysio’s gebeurde dat niet overal op exact dezelfde manier. "Voor het JPN Jongens Future-traject hebben we een nieuw meetprotocol opgesteld, nieuw meetmateriaal aangeschaft en we gebruiken een formulier dat automatisch de biologische leeftijd berekent. Zo zorgen we ervoor dat de data die we verzamelen, zo accuraat mogelijk is. Dat is namelijk de basis voor de verdere onderzoeken die we doen.”

Bergkamp vervolgt: “Zo kijken we bijvoorbeeld naar de inschattingen van JPN-scouts, hoe zij maturiteit beoordelen, op welke kenmerken ze letten, hoe hun structuur in het scouten eruitziet. En we zijn op basis van de verzamelde spelersdata continu in gesprek met de Medewerkers Talentontwikkeling over wat voor type spelers worden uitgenodigd in de verschillende regio’s, want we zien dat er wel verschil zit tussen West, Zuid en Noord/Oost.”

Effect van het Future-traject

Het gaat erom dat we de spelers met veel potentie die tot nu toe vaak over het hoofd worden gezien, óók optimale ontwikkelkansen bieden

Het belangrijkste is volgens Bergkamp echter om het hoofddoel van JPN Jongens Future goed meetbaar te maken. Krijgen de Future-spelers ook ná het JPN Jongens Future-traject, in het vervolg van hun carrière, nog steeds optimale ontwikkelmogelijkheden en eerlijke kansen? Of, met andere woorden: welk effect heeft JPN Jongens Future? “We hebben er nu twee jaar opzitten en ook in dit nieuwe traject zijn er nog steeds spelers die de stap naar een BVO maken. Maar als we de Future-data straks langs de data van het voormalig JPN Jongens-traject leggen, zul je zien dat er minder spelers doorstromen naar BVO’s. Dan zou je kunnen zeggen: het Future-traject is niet succesvol, maar dat is niet waar. Doorstroming naar de BVO’s is niet de enige graadmeter. Het gaat erom dat we de spelers met veel potentie die tot nu toe vaak over het hoofd worden gezien, óók optimale ontwikkelkansen bieden. Die krijgen zij ook als ze bijvoorbeeld (eerst) doorstromen naar een grotere amateurvereniging of op een hoger niveau gaan spelen. We proberen nu de individuele ontwikkelpaden in kaart te brengen, bijvoorbeeld door te onderzoeken hoe hun carrière na het JPN Jongens Future-traject verder verloopt. Hiermee proberen we het effect van het Future-traject meetbaar te maken.”

Beïnvloeders beïnvloeden

Dat de KNVB met het JPN Jongens Future een bepaalde weg is ingeslagen, betekent niet dat we er al zijn. In gesprek met clubs blijkt toch vaak dat bijvoorbeeld het geboortemaandeffect niet bekend is óf dat ze niet weten hoe ze ermee moeten gaan. “Als je jeugdspelers uit de laatste maanden van het jaar systematisch niet selecteert of laat uitstromen, laat je gewoon talent liggen. Dat zie je nu aan het feit dat er ook van het JPN Jongens Future-traject dus gewoon jongens doorstromen naar grotere amateurverenigingen en naar BVO’s. Daar moeten we het voetballandschap bewust van maken.”

Jeltema beaamt: “We moeten de beïnvloeders uit het voetballandschap nog meer beïnvloeden. Trainers, Hoofden Opleiding, scouts, noem maar op, zij moeten Future-spelers leren herkennen en hen dezelfde ontwikkelmogelijkheden kunnen bieden als die andere talentvolle spelers die wél al meteen opvielen. Dat is onze grote uitdaging. Behalve het programma voor individuele spelers is daarmee ook het programma ‘beïnvloeders beïnvloeden’ van belang. Daar heeft talentherkenning een belangrijke plaats in."

Opleiding Voetbalscout Jeugd

Over talentherkenning gesproken: nadat afgelopen seizoen al een aantal pilots werden gedraaid, krijgt de opleiding Voetbalscout Jeugd komend seizoen een vervolg. De opleiding gaat nu écht van start en wordt in alle windstreken georganiseerd. De inschrijving voor de opleiding Voetbalscout Jeugd is inmiddels geopend.

Voetbalscout Jeugd Voetbalscout Jeugd  

Laatste artikelen