Gediplomeerde trainers helpen ontwikkeling vrouwenvoetbal

Foto: KNVB Media

“Toen ik in de jeugd bij de meiden voetbalde, waren er weinig gediplomeerde trainers. Er stonden vooral welwillende vaders op het veld”, vertelt Myrthe Prins. Daar wil zij verandering in aanbrengen. De 21-jarige assistent-trainer van de JO15-1 bij Barendrecht volgt de cursus UEFA C. Gediplomeerde trainers dragen volgens haar bij aan de ontwikkeling van het vrouwenvoetbal.

Prins komt uit een echt voetbalgezin. “Mijn twee oudere broers hebben ook hun hele leven gevoetbald en ik ben bij ZBC ’97, waar zij ook speelden, als enige meisje tussen de jongens begonnen.” Tot en met de O12 speelde zij als enige meisje in een gemengd team. “Toen werden de verschillen te groot en ben ik bij een andere vereniging in een meidenteam gaan spelen.” Prins speelde altijd op hoog niveau, maar toen zij de mogelijkheid kreeg om in het beloftenteam van Excelsior Barendrecht (toen nog uitkomend als Barendrecht vrouwen 1) te spelen, koos zij voor haar studie. Op dit moment speelt Prins in het tweede vrouwenelftal van RVVH en traint zij mee met het eerste elftal, dat in de topklasse uitkomt. Komend seizoen maakt zij de overstap naar SSS Vrouwen 1 in de topklasse, maar ze blijft als trainer actief bij BVV Barendrecht.

Ervaring en ambitie

De trainersopleiding, en in het kader daarvan de stageplek als assistent bij de JO15-1 van Barendrecht, kwam voort uit haar studie Sport, Management & Ondernemen aan de Hogeschool van Amsterdam. Het paste perfect bij haar ervaring en ambitie. Prins: “Op school heb ik veel les moeten geven, niet specifiek alleen voetbal, maar ook andere sporten. Bovendien heb ik in het verleden op mijn voetbalvereniging ook meegewerkt bij de organisatie van open dagen en clinics.”

Prins ging afgelopen september aan de slag als assistent-trainer. “Het is een leuk team. Ze spelen zesde divisie en ze trainen op maandag, dinsdag en donderdag. Ik ben er in ieder geval iedere dinsdag. Daarnaast probeer ik er altijd op zaterdag bij de wedstrijden te zijn, maar dat moet ik wel kunnen combineren met mijn eigen wedstrijden. De afgelopen maanden was er natuurlijk geen competitie, maar er zijn wel onderlinge wedstrijden gespeeld. Wat ik vooral leuk vind aan het training geven, is dat je de spelers echt beter ziet worden."

Aanvullende cursussen en opleidingen

BVV Barendrecht heeft een solide structuur met gediplomeerde trainers. Prins: “De club maakt geen onderscheid tussen jongens of meiden die trainer willen worden. Ik ben een van de twee vrouwelijke trainsters in opleiding en wij krijgen alle mogelijkheden. De club gaat met de trainers om de tafel om te vragen wat de ambities zijn en geeft ook de mogelijkheid om aanvullende cursussen of opleidingen te doen. Ik heb nu UEFA C afgerond en ik wil me de komende tijd in de praktijk verder ontwikkelen. Ik doe het vooral omdat ik het leuk vind. Voorlopig ga ik daarom nog niet verder met UEFA B, maar die mogelijkheid ligt er en wellicht maak ik daar later nog gebruik van.”

Zelf merkt Prins dat ze als trainer ook beter wordt: “De hoofdtrainer heeft veel ervaring en begeleidt mij goed, bijvoorbeeld met verbeterpunten nadat ik een oefening heb gegeven. De vereniging heeft twee keer per jaar een stagebijeenkomst, waar gevraagd wordt hoe het gaat en of je nog iets nodig hebt. De vereniging biedt mij veel mogelijkheden om me te ontwikkelen. Ik krijg ook veel aandacht van de hoofd opleiding. Barendrecht staat echt open voor vrouwelijke trainers. Over een paar weken is er bijvoorbeeld een clinic op een basisschool, daar willen ze graag een vrouwelijke trainster bij hebben, dus hebben ze mij gevraagd.”

Over een paar weken is er bijvoorbeeld een clinic op een basisschool. Daar willen ze graag een vrouwelijke trainster bij hebben, dus hebben ze mij gevraagd

Vertrouwen is belangrijk, vindt Prins: “Voor een beginnende trainer is de omgeving belangrijk.” Bij Barendrecht kreeg zij vertrouwen van de vereniging, maar ze moest ook voor zichzelf op komen. “Ik heb niet zo’n harde stem en in het begin vond ik dat lastig. Ik kreeg in het begin niet altijd de vrijheid om mijn eigen inbreng te geven aan de trainingen. Op een gegeven moment heb ik dan ook aangegeven tijdens de training meer oefeningen zelf te willen doen. Toen hebben we afgesproken dat ik elke dinsdag ook echt zelf een gedeelte van de training geef en dat gaat goed.”

Het vak trainer leer je grotendeels in de praktijk en Prins beschouwt de hoofdtrainers met wie zij samenwerkte dan ook als haar belangrijkste leermeesters: “Het is belangrijk dat de club een goede structuur heeft. Een trainersdiploma is leuk, maar als je het vak echt wil leren kan dat alleen als er voldoende kennis en ervaring om je heen is en dat kan Barendrecht met een groot aantal gediplomeerde trainers faciliteren.”

Goede omgeving

Heeft Prins tips voor andere meiden die graag training willen geven? “Het belangrijkste is dat je een goede omgeving opzoekt, waar je als beginnend trainer vertrouwen krijgt. Niet alleen het vertrouwen dat trainers krijgen maar ook het vertrouwen dat zij zelf hebben, is belangrijk en daar ontbreekt het bij vrouwen met trainersambitie nog wel eens aan, vooral als zij zelf niet (hoog) hebben gevoetbald." ‘Een goed paard is niet per se een goede ruiter’, zei toenmalig AZ-coach Co Adriaanse ooit en daar is Prins het helemaal mee eens: “Ik hoor wel vaker om mij heen, bijvoorbeeld van meiden in mijn klas, dat ze geen voetbaltrainer kunnen worden omdat ze zelf niet goed kunnen voetballen, maar dat zou ze niet tegen moeten houden. Het is belangrijker om een goede trainersopleiding te hebben.”

Zelf werkt Prins in iedere geval hard aan die opleiding. Waar dat haar in de toekomst brengt? “Mijn interesse ligt vooral bij jonge kinderen”, vertelt ze. “In eerste instantie wil ik graag de jongens trainen om meer ervaring op te doen en dan wil ik later misschien wel verder met meiden O17 of O19. Bij de jeugd zou ik iedereen adviseren gemengd te gaan voetballen. Of de trainer mannelijk of vrouwelijk is, moet dan niet uitmaken. Dat geldt natuurlijk ook voor meidenteams in de hogere leeftijdscategorieën. Iedereen heeft recht op goede en gediplomeerde trainers, dus het is mooi als clubs helpen dat mogelijk te maken.”